Normaal gesproken is een kamer voorzien van bijvoorbeeld een coax-aansluiting voor de televisie en een UTP-aansluiting voor de telefoon. Als de televisie nu bijvoorbeeld naar de andere kant van de kamer verhuist, moet de bekabeling ook verplaatst worden. Bij een huisnetwerkinstallatie liggen overal dezelfde kabels, waarvan de functie (het type signaal) in een zogeheten patchkast ingesteld kan worden. Op die manier heeft u als bewoner een flexibele installatie, zodat het herindelen van kamers geen problemen oplevert.